Santtu-Matias Rouvali dirigeert het Rotterdams Philharmonisch Orkest

Er zijn zo van die thema’s in de muziekgeschiedenis die niemand onberoerd laten. De openingsmaten van Elgars Celloconcerto vormen er zo een. Schoonheid, eenvoud, maar ook een diepe droefenis druipen van deze beladen noten. Elgar zette dit meesterwerk kort na de Eerste Wereldoorlog op papier, en uit alles blijkt een groot ongeloof in de mensheid en diepgeworteld verdriet na vier jaar onherstelbare ellende. Ook Sjostakovitsj lag met zijn emoties in de knoop. Gebukt onder het streng toeziend oog van het conservatieve Sovjetregime en Stalin zocht hij jarenlang naar zijn eigen stem. Maar denk nu niet dat dit programma één en al kommer en kwel is. De speelse finale bij Sjostakovitsj, of de klanken van hoop bij Elgar worden vergezeld door het kwieke Capriccio espagnol van Rimski-Korsakov. De uitvoerders van vanavond zijn niet de minste. Het Rotterdams Philharmonisch Orkest wordt geleid door de vakkundige Finse meester Santtu-Matias Rouvali, die met het New York Philharmonic al hoge pieken scheerde. De begenadigde landgenoot van Rouvali, cellist Senja Rummukainen neemt briljant de Elgar op zich.